De 10 punten voor een nieuw pensioenstelsel

Hervorming van het pensioenstelsel is noodzakelijk, vindt DNB en de Rijksoverheid. En de Anbo, belangbehartiger ouderen, stelt dat de ontwikkelingen op pensioengebied zelfs voor het zo stabiele Nederlandse pensioenstelsel op termijn voor grote problemen kunnen zorgen.

Wat is er mis? In het kort:

  • We leven langer
  • De rente is heel laag
  • We vergrijzen
  • Er vindt een verschuiving van loondienst naar ZZP
  • Gebrek aan vertrouwen door afstempelen
  • We zijn steeds individueler georiënteerd

Het tienpuntenplan van minister Wouter Koolmees

1. Afschaffing van de doorsneepremie
Ouderen voelen zich tekortgedaan, jongeren vinden dat ze teveel betalen. Tijd om te stoppen met de doorsneelpremie en over te gaan op een ander systeem. Pensioenregelingen krijgen het karakter van een premieregeling met individuele spaarpotjes.

2. Doorbeleggen toegankelijker en aantrekkelijker maken
De minister wil het ook voor bedrijfstakpensioenfondsenmogelijk maken om persoonlijke pensioenvermogens te combineren met collectieve risicodeling. Dit kan als de doorsneesystematiek wordt afgeschaft.

3. Meer maatwerk in beleggingsbeleid
De minister wil het voor alle pensioenfondsen mogelijk maken om per leeftijdscategorie passen te beleggen volgens het zogenaamde ‘life-cycle’principe. Het beleggingsrendement is dan verschillend voor verschillende leeftijdsgroepen.

4. Omzetting opgebouwde pensioenaanspraken naar persoonlijke pensioenvermogens
Wanneer er persoonlijke pensioenvermogens komen dan wil de minister het mogelijk maken om de eerder opgebouwde pensioenaanspraken toe te voegen aan het nieuwe persoonlijke pensioenvermogen. Voor zowel opgebouwd als ingegaan pensioen.

5. Opname van een bedrag ineens mogelijk maken
De minister wil een persoonlijker pensioen. Dit wil hij onder meer bereiken door meer keuzemogelijkheden te creëren. Deelnemers gaan de mogelijkheid krijgen om op pensioendatum maximaal 10% van het pensioen ineens op te nemen. Daarmee kunnen ze bijvoorbeeld hun hypotheek aflossen.

6. Persoonlijke informatie, communicatie over het persoonlijke pensioenvermogen
De minister wil laten bekijken hoe iedere deelnemer, ongeacht de soort pensioenregeling, dezelfde informatie kan krijgen over de premie, het rendement, het pensioenvermogen en de verwachte pensioenuitkering in drie scenario`s.

7. Meer deelnemers (13% bouwt nu geen pensioen op)
Er blijken meer werknemers zonder pensioen te zijn dan werd gedacht en dat baart de minister zorgen. Daarom bekijkt hij of er maatregelen mogelijk zijn die ervoor zorgen dat meer werknemers pensioen opbouwen.

8. Verbeteringen voor nabestaanden
Er is nog altijd behoefte aan een goed nabestaandenpensioen. Maar er zijn grote verschillen tussen pensioenregelingen als het gaat om de hoogte van het nabestaandenpensioen en de beschrijving van ‘partner’.

9. Onderzoek naar de koppeling tussen leeftijdsverwachting en pensioenleeftijd
Minister Koolmees geeft opdracht om verschillende mogelijkheden in kaart te brengen voor koppeling tussen leeftijdsverwachting en de AOW- en pensioenleeftijd en de daarbij horende kosten. De varianten moeten wel passen in houdbare overheidsfinanciën.

10. Onderzoek naar aanpassing van de rekenregels (dekkingsgraad)
De minister heeft een onafhankelijke commissie benoemd die elke vijf jaar de rekenvoorschriften voor pensioenfondsen moet evalueren en herzien.